Visie
In de visie omtrent de toekomst van het secundair onderwijs wil Katholiek Onderwijs Vlaanderen inzetten op een brede algemene vorming binnen de eerste graad. Daarin wil men meer observerend en oriënterend werken met het oog op de keuze voor één van de domeinen in de tweede graad. Dat betekent dat twaalfjarigen moeten kunnen proeven om tot een voor hen passende keuze te komen waarbij voor elke leerling na de eerste graad alle mogelijkheden open liggen. Een uitzondering op die regel is Latijn. Het spreekt voor zich dat wie in de eerste graad geen Latijn volgde, dit ook niet kan in de tweede.
Uitgaande van de eigen mogelijkheden en het welbevinden van alle leerlingen, moet er in een toekomstig studieaanbod eerste graad aandacht zijn voor extra ondersteuning voor één of meer aspecten van de vorming en/of verbreding, verdieping of inkleuring van verschillende aspecten van de vorming. Leerlingen moeten dus de kans krijgen om ook eens “door” te proeven. Zo kunnen ze nagaan of bepaalde aspecten hen wel degelijk liggen, zonder dat ze daardoor gebonden zijn aan die keuze.
Concrete invulling
Voortbouwend op de vernieuwing van ons studieaanbod eerste graad van drie jaar geleden willen wij op deze toekomstvisie inspelen. Concreet krijgen alle leerlingen 27 lesuren algemene vorming. Nieuw in dit pakket is het vak mens en samenleving. Hierbij ligt de klemtoon op de persoonlijke ontwikkeling van de leerling. Daarnaast komen ook zijn relaties tot zijn omgeving en een stuk financiële geletterdheid aan bod.
Bovenop die 27 lesuren kiest elke leerling een module van vijf lesuren. Leerlingen hebben de keuze uit vier modules: economie, Latijn, talen en wetenschappen. Als school hebben wij bij de invulling van deze modules duidelijk de kaart getrokken van remediëring voor wie het nodig heeft enerzijds. Anderzijds is er verdieping voor wie houdt van een uitdaging. Daarbij willen we klasoverstijgend in niveaugroepen werken. Deze aanpak heeft zijn nut bewezen in de basisscholen en aansluit op wat leerlingen gewend zijn.
ICT-vaardig
Daarnaast willen we blijvend investeren in de ICT-vaardigheden van onze leerlingen. Ook sociale vaardigheden komen ruimschoots aan bod naast de uitgebreide aandacht voor leren leren. In het eerste jaar vertaalt zich dit zelfs in een specifiek lesuur (SCILL).
Wat in het tweede jaar?
In het tweede jaar kiest de leerling voor één van de basisopties in ons aanbod: Economie en organisatie, Klassieke talen (Latijn en Grieks-Latijn), Moderne Talen en Wetenschappen. We trekken het verhaal van het eerste jaar door. Alle leerlingen hebben 25 gemeenschappelijke uren. 5 lesuren zijn eigen aan de basisoptie (met uitzondering van Grieks-Latijn waar dit over 7 uren gaat). De 2 overgebleven uren differentiatie worden ingezet voor remediëring, verdieping of verbreding. Met deze nieuwe insteek zorgen wij voor een nog meer gefundeerde, individuele oriëntering naar de tweede graad toe. Op deze manier krijgt het keuzeprobleem waar elke twaalfjarige mee geconfronteerd wordt een duidelijke oplossing.